Het vitaliteitsmodel bestaat uit de volgende onderdelen:
- Algemeen info, zoals naam, leeftijd en status van het kerkgebouwen
- Vitaliteit van de geloofsgemeenschap met aantal (betalende) parochianen, kerkbezoek e.d.
- Financiën, eigen vermogen, geoormerkte gelden, herbouwwaarde
- Investeringsbehoefte, op basis van rapportage van Monumentenwacht
- Maximaal te verkrijgen subsidie volgens BRIM
- Instandhoudingsbehoefte volgens Bisdom
- Instandhoudingsbehoefte volgens Brinck
- Baten en lasten t.b.v. gebouwen, beschikbare middelen voor langdurig onderhoud
- Financiële vitaliteit van de geloofsgemeenschap
- Betrokkenheid van de parochianen bij het voortbestaan van hun kerkgebouw
- Toekomstmogelijkheden
Aan de hand van de resultaten van dit model zou iedere parochiekern zelf inzichtelijk moeten krijgen in welke mate zij in staat zijn om zelfstandig hun kerkgebouw in goede staat te brengen en langdurig in goede staat te onderhouden.
Klik hier om het vitaliteits-model in te zien.